De komkommerkronieken: over zomerhelden, Gaza-selfies en de grote Europese uitverkoop

Gepubliceerd op 31 juli 2025 om 15:30

Wat is het toch een zegen om te leven in deze wonderbaarlijke tijden. Ik zat net bij een lauwe koffie te mijmeren over de diepgaande journalistiek die de zomer ons brengt: artikels over de ideale gaartijd van een merguez, diepgaande analyses van wespenplagen,... toen het verlossende nieuws plots doorsijpelde. Een lichtpunt in de verzengende hitte van de nieuwsdroogte: onze politici, onze onvermoeibare herders, onderbreken hun vakantie. Mijn hart maakte een sprongetje.

Eindelijk! Er wordt ingegrepen! Niet omdat de wachtlijsten in de zorg de lengte van een gemiddelde file naar de kust hebben bereikt, niet omdat een brood stilaan de prijs van een eersteklas treinticket benadert, maar omwille van een veel nobeler, veel fotogenieker doel: het leed in Gaza.

Wie had durven dromen dat de dood van Palestijnse kinderen nog een trending topic kon worden in de komkommertijd? Ik ben zo ontroerd door deze plotselinge, collectieve uitbarsting van internationale compassie, perfect getimed voor het moment waarop de gemiddelde Belg zijn grootste zorg de keuze tussen factor 30 en 50 is. Het is een wonder van politieke planning. Niet in maart, niet in april, toen de situatie al maandenlang etterde. Nee, dat waren drukke maanden, gevuld met cruciale debatten over de kleur van de nieuwe bedrijfswagens en de strategische plaatsing van koffieautomaten in de wandelgangen van het parlement. De ware, diepgevoelde verontwaardiging, zo blijkt, heeft de rijpingstijd van een goede Bordeaux nodig en bereikt haar volle boeket pas wanneer de zon het hoogst staat en de journalisten wanhopig op zoek zijn naar iets anders dan een hittegolf-update.

En wat een opoffering. Onze volksvertegenwoordigers, diep gebruind en met de smaak van rosé nog op de lippen, worden weggerukt van hun Provençaalse landhuizen en gehuurde jachten. De spoedvergadering staat gepland… over twee weken. Prachtig hoe urgentie en agenda-beheer in een perfecte, bijna choreografische dans samenvloeien. De crisis is acuut, maar blijkbaar niet zo acuut dat ze niet kan wachten tot die ene last-minute boeking voor een schuimparty op Ibiza is afgewerkt. Er is nog net genoeg tijd voor een laatste kreeftensalade, een afsluitende gin-degustatie in Knokke, en dan, pas dan, kan het morele reveil beginnen.

Stelt u zich de paniek voor in de vakantievilla’s. “Chérie, je gelooft het niet, het land heeft me nodig!” Het heroïsme is tastbaar. Het boeken van dat treinticket (eerste klas, uiteraard, want heldendom mag geen afbreuk doen aan het comfort) is een daad van vaderlandsliefde. Sommige offers zijn nu eenmaal groter dan andere; er sneuvelt wellicht een vers aangebrachte gelnagel in het proces. Maar het is het allemaal waard. Voor de goede zaak. En voor de perfecte foto.

Want plots is iedereen in het halfrond een doorgewinterd Midden-Oostenexpert. De tijdlijnen van sociale media stromen over van rouwkaders, Palestijnse vlag-emoji’s en morele kapsones ter grootte van het Atomium. Gaza is niet langer een plek van onnoemelijk leed, het is een decorstuk, de ideale achtergrond voor een profielfoto die schreeuwt: “Kijk naar mij! Kijk hoe diep ik voel, hoe geëngageerd ik ben, hoe mijn hart breekt voor de wereld – zolang het maar in 280 tekens past en de 5G-verbinding op mijn vakantieoord stabiel is.” De selfies die straks bij het spreekgestoelte worden genomen, zullen ongetwijfeld in high definition zijn, met een zorgvuldig ingestudeerde frons die zowel staatsmanschap als diepe innerlijke pijn uitstraalt.

En dan hebben we het nog niet eens over het schitterende ballet van de Belgische politieke positionering. Aan de ene kant de partijen die luidkeels om het hardst roepen wie de meest hartverscheurende metafoor kan bedenken. Aan de andere kant, in een meesterzet van strategische genialiteit, de Vlaamse liberalen. Zij hebben de crisis verschalkt met het krachtigste wapen uit het moderne politieke arsenaal: oorverdovende stilte. Wat een wijsheid! Waarom zou je een mening formuleren, met alle risico’s van dien, als je ook gewoon kunt doen alsof het hele onderwerp niet bestaat? Elke quote is immers risicokapitaal; zwijgen levert gegarandeerd geen boze retweets op van kiezers die je toch al niet kon bekoren. Ze zitten daar in hun strandstoel, zonnebril op, de handen in de lucht in een universeel gebaar van “wij niet op de foto.” Dat, dames en heren, is pas een consequente en doordachte mensenrechtenpolitiek. Het is de struisvogelmethode, maar dan verheven tot diplomatieke kunst. Briljant in zijn eenvoud, elegant in zijn lafheid.

Alsof dit lokale circus nog niet flamboyant genoeg was, besloot de Grote Regisseur in Brussel, Ursula von der Leyen, dat het tijd was voor een Europees intermezzo. En wat voor een! Ze presenteerde ons een “handelsakkoord” met de Verenigde Staten dat zo briljant is opgesteld dat het alle betrokken partijen tegelijkertijd weet te benadelen. Een waar meesterwerk van negatieve synergie, een alles-verliezen-pact. Eindelijk een deal waarbij iedereen verliest – dat is pas echte Europese eenheid. De handdruk was er, de foto’s waren genomen, en in de Brusselse bubbel telt optics nu eenmaal zwaarder dan inhoud. Je kan beter slecht gefotografeerd bedrogen worden dan ongestyled niets doen.

De Belgische farmasector mag zich opmaken voor een aderlating die medisch gezien fascinerend zou zijn als het niet zo desastreus was. De lobbyisten wijzen er fijntjes op dat de “concurrentiële prikkels” in de praktijk neerkomen op naakte chantage, maar het politieke antwoord is al klaar: “Innovatie!” Een heerlijk, modieus eufemisme voor “u gaat de komende jaren bloeden, maar denk aan de abstracte voordelen op lange termijn.” En onze Europese wijnboeren? Die kunnen hun druiven nu alvast omdopen tot azijn, want zuur zullen ze zijn. Ze kunnen toosten op hun eigen amputatie. Schenk gerust nog een glas, want straks is een fles Europese wijn een zeldzaam luxeproduct, een collector’s item uit de pre-Ursula-era.

Wat een afgang. Maar in de wonderlijke wereld van de Europese politiek is een slecht akkoord altijd beter dan geen akkoord. Het toont daadkracht. Het vult een persconferentie. En het leidt de aandacht af van het feit dat de enige echte winnaars van deze deal de fotografen zijn die de ondertekeningsceremonie mochten vastleggen. Hun beelden zullen prachtig staan in de geschiedenisboeken, wellicht in een hoofdstuk getiteld “De Kunst van het Diplomatieke Zelfmoordakkoord.”

Intussen fluistert men in de wandelgangen dat de federale ploeg hierover zou kunnen vallen. Verrukkelijk! Een regeringscrisis on the rocks, geserveerd als zomerse verfrissing. Vergeet de begroting, de pensioenen of het stikstofdossier; een goede portie identitaire zelfdestructie in primetime levert veel meer electoraal spektakel op. Het is het ultieme animatieprogramma voor de politiek geïnteresseerde Vlaming die even is uitgekeken op ‘Tien om te Zien’.

En zo zitten we hier, getuige van de Komkommertijd Paradox: een periode die zogenaamd rustig is, maar waarin de meest bizarre politieke capriolen worden uitgehaald, precies omdát de burger is afgeleid. Nieuwsdesks spinnen er garen bij. Geen schattige kattenvideo’s meer nodig om de website te vullen, maar sappige beelden van kamerleden in een verkreukeld linnen hemd die in vier vakkundig gemonteerde camera-takes de wereldvrede proberen te regelen.

Over twee weken zullen ze dus samenkomen in het halfrond. Er zullen grote woorden vallen, de verontwaardiging zal van de muren druipen. Er zal een resolutie worden gestemd, wellicht n°8473, waarin men het geweld “ten strengste veroordeelt”, “oproept tot dialoog” en “zijn diepe bezorgdheid uit”. Misschien wordt er zelfs een briefduif gestuurd. Ondertussen blijven de wapenleveringen gewoon doorgaan, want de economie moet draaien en hypocrisie is nu eenmaal de smeerolie van de internationale betrekkingen. Maar dat detail zal u niet lezen in de pastelkleurige infographics die de partijen op Instagram zullen posten.

En dan? Dan keren onze helden terug naar de Côte d’Azur, naar Toscane, naar Courchevel, met het voldane gevoel hun democratische plicht te hebben vervuld. De kinderen in Gaza zullen hun doden blijven tellen, de Europese boeren hun verliezen, en wij, het klootjesvolk, onze steeds hoger oplopende belastingsbrief. Maar wees gerust: zodra de zomerstorm van verontwaardiging is gaan liggen, duikt er volgend jaar ongetwijfeld een nieuwe internationale crisis op om hun welverdiende vakantie weer een vleugje zingeving te geven.

Ik heb een bescheiden voorstel. Laten we het parlement permanent uitrusten met comfortabele ligstoelen, parasols en een ruime voorraad opblaasflamingo’s. Dan hoeven onze dappere volksvertegenwoordigers tenminste niet meer te kiezen tussen luieren en legisleren. Dan kunnen ze beide tegelijk doen, in alle transparantie.

En wanneer onze kleinkinderen ons later zullen vragen: “Opa, oma, wat deden jullie eigenlijk tijdens de Grote Zomercrisis van 2025?”, dan kunnen we met trots en een gerust geweten antwoorden: “Wij betaalden voor de flamingo’s, kinderen. Wij betaalden voor alles.”

 

Rudi D'Hauwers - AI-optimist - 31 juli 2025

Disclaimer: dit document bevat deels AI-gegenereerde inhoud. Alle intellectuele input en redactionele controle berust bij de auteur.

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.