Gent en Brussel: waar grootse plannen en straatvuil elkaar dagelijks uitdagen”

Gepubliceerd op 22 mei 2025 om 16:47

Voor wie ooit een Japanse of Singaporese straat vergeleek met een Gentse steeg of een straat in Brussel na de zoveelste staking (zie hierboven), komt het volgende verhaal bekend voor. Terwijl onze afvalintercommunales zich een slag in de rondte werken, blijft het straatbeeld in Belgische steden hardnekkig bezaaid met zwerfvuil. Waarom voelen sommige mensen de onweerstaanbare drang om hun blikje energiedrank als urban decoration te gebruiken, terwijl de vuilnisbak zich op armlengte bevindt? Laten we deze afvalparadox eens grondig onder de sociologische loep nemen.

De omvang van het probleem: Gent als case study

Laten we eerst even kijken naar de harde feiten. In 2024 haalde Gent maar liefst ruim 1.000 ton sluikstort op, een stijging van 11 procent ten opzichte van 2023. Dit is geen klein bier - het is genoeg afval om een middelgrote concertzaal volledig te vullen. Het zwerfvuil nam toe met 12,5 procent tot 1.436 ton, wat ongeveer overeenkomt met het gewicht van 287 volwassen olifanten. Bijna 50.000 meldingen van sluikstort bereikten de stadsdiensten. Als elke melding één minuut aandacht zou krijgen, dan zou een ambtenaar fulltime bijna een jaar lang niets anders doen dan deze meldingen verwerken.

IVAGO, de "Intergemeentelijke Vereniging voor Afvalbeheer in Gent en Omstreken", doet nochtans wat ze kan. Met meer dan 400 medewerkers, 190 voertuigen en zes recyclageparken lijkt het alsof Gent een klein leger heeft ingezet in de oorlog tegen vuil. Maar zoals generaals weten: een leger kan pas succesvol zijn als de bevolking meewerkt.

Waarom we collectief naast de vuilnisbak mikken: sociologische verklaringen

De Broken Windows Theory: één blikje regeert ze allemaal

Een van de meest fascinerende sociologische verklaringen voor zwerfvuil is de Broken Windows Theory, in 1982 geïntroduceerd door Wilson en Kelling. Deze theorie stelt dat zichtbare tekenen van wanorde en kleine overtredingen leiden tot meer wanorde en overtredingen. Net zoals één ongerepereerd gebroken raam in een buurt snel gevolgd wordt door meerdere gebroken ruiten.

In de praktijk werkt het zo: stel je voor dat je langs een volmaakt schoon plein loopt met één eenzaam colablikje in het midden. De kans dat jij je eigen afval netjes in de vuilnisbak gooit is dan relatief groot. Maar als hetzelfde plein al bezaaid ligt met blikjes, peuken en ander afval, dan voelt dat ene extra papiertje van jouw Mars-reep opeens veel minder problematisch. Of zoals een Nederlandse onderzoeker het samenvatte: "Vuil trekt vuil aan".

Dit werd ook experimenteel aangetoond. In een studie van Keizer, Lindenberg en Steg bleek dat mensen twee keer zo vaak (27% versus 13%) een enveloppe met geld stalen uit een brievenbus als er rondom die brievenbus rommel lag. De conclusie? Zwerfvuil is niet alleen lelijk, het moedigt ook ander ongewenst gedrag aan.

De Tragedie van de Commons: mijn pleziertje, ons probleem

Een tweede belangrijke verklaring komt van het concept "The Tragedy of the Commons" (de tragedie van de meent). Dit concept beschrijft hoe individuele belangen kunnen leiden tot collectieve schade aan gedeelde hulpbronnen.

Stel je een middeleeuwse dorpsweide voor waar herders hun schapen laten grazen. Voor elke individuele herder is het rationeel om een extra schaap op de weide te laten grazen (meer wol, meer melk, meer vlees), maar als iedereen dat doet, raakt de weide overbegraasd en hebben uiteindelijk alle herders een probleem.

Onze openbare ruimtes zijn de moderne commons. Voor elk individu is het makkelijker (lees: luier) om afval gewoon te laten vallen in plaats van naar een vuilnisbak te lopen. Maar als iedereen voor die makkelijke optie kiest, eindigen we met straten die eruitzien als het achterterrein van een muziekfestival op maandagochtend.

De tragedie van de commons verklaart perfect waarom zelfs mensen die zeggen dat ze een hekel hebben aan zwerfvuil, toch soms een blikje op straat gooien: het individuele voordeel (gemak) wint het van de collectieve kost (een vieze straat), die immers door iedereen gedeeld wordt.

Anomie en het verzwakken van sociale normen

De Franse socioloog Emile Durkheim introduceerde het concept "anomie", een toestand waarin sociale normen verzwakken of onduidelijk zijn. In zo'n situatie weten mensen niet meer precies wat de verwachtingen zijn, wat leidt tot normoverschrijdend gedrag.

In onze hedendaagse samenleving, waar individualisering hoogtij viert, is er soms een gebrek aan duidelijke, gedeelde normen over hoe we met onze publieke ruimte omgaan. Jongeren weten wel dat zwerfvuil "niet hoort", maar denken tegelijkertijd dat anderen het wel oké vinden. Dit verschil tussen wat we denken dat hoort (de sociale norm) en wat we denken dat anderen vinden (de waargenomen norm) zorgt voor verwarring en inconsequent gedrag.

Bovendien is er in een kosmopolitische stad als Gent een mengeling van culturele normen. Wat in het ene land volstrekt onacceptabel is (afval op straat gooien in Japan), kan in een ander land veel meer getolereerd worden.

Collectieve effectiviteit: een druppel op een hete plaat?

"Collectieve effectiviteit" verwijst naar het vertrouwen dat mensen hebben in hun gezamenlijke vermogen om problemen op te lossen. Als het gaat om zwerfvuil, voelen veel mensen zich machteloos: "Wat maakt mijn ene blikje uit als de hele straat al vol ligt?"

Dit gevoel van "wat maakt het uit?" wordt versterkt door het zichtbare bewijs dat veel anderen zich niet aan de regels houden. Als 100 mensen hun afval netjes in de vuilnisbak gooien, maar 10 mensen niet, zie je op straat alleen de overtredingen. Die zichtbaarheid van overtredingen vermindert het gevoel van collectieve effectiviteit - het idee dat we samen dit probleem kunnen oplossen.

Een internationale vergelijking: waarom Japan schittert en wij niet

Japan en Singapore worden vaak genoemd als toonbeelden van stedelijke properheid. In Japan kun je kilometers lopen zonder één stukje zwerfvuil te zien, ondanks het feit dat er relatief weinig openbare vuilnisbakken zijn. De verklaring hiervoor zit diep in de Japanse cultuur, waar het concept van collectieve verantwoordelijkheid en sociale harmonie (wa) centraal staat. Japanse kinderen leren al op jonge leeftijd dat ze verantwoordelijk zijn voor het schoonhouden van hun klaslokaal en school - er zijn geen conciërges die na schooltijd komen poetsen.

In Singapore speelt daarnaast ook strikte handhaving een rol, met hoge boetes voor overtredingen. Maar handhaving alleen verklaart het verschil niet - het gaat ook om diepgewortelde sociale normen.

India staat aan de andere kant van het spectrum, met afval als alomtegenwoordig fenomeen in veel stedelijke gebieden. Maar zelfs hier zijn er interessante nuances: heilige plekken en tempels worden vaak met grote zorg schoongehouden, wat aantoont dat ook daar de sociale context bepaalt wat acceptabel gedrag is.

België zit ergens in het midden, maar neigt de laatste decennia meer naar het Indiase dan het Japanse model. Waarom? Misschien hebben we het slechtste van twee werelden geadopteerd: het individualisme van het Westen ("ik mag doen wat ik wil") zonder de persoonlijke discipline die daar in landen als Zwitserland en Oostenrijk bij hoort.

Een vuilnisbak vol ironie

Er zit een geweldige ironie in het feit dat Belgen, die internationaal bekend staan om hun voorliefde voor een proper huis en een steriel-schone badkamer, blijkbaar veel minder geven om de publieke ruimte voor hun voordeur. Dezelfde persoon die thuis panisch is over een waterkring op de salontafel, kan zonder enige gêne een bananenschil uit het autoraam werpen.

Een andere paradox is dat we massaal "sorteren" en "recycleren" op onze sociale media-profielen zetten als we onze ecologische deugdzaamheid willen etaleren, maar dat veel van diezelfde milieubewuste burgers er geen probleem mee hebben hun koffiebekers achter te laten op een bankje in het park. Uit het oog, uit het hart, uit het klimaatgeweten?

En dan is er nog het fenomeen van de selectieve verontwaardiging. We zijn allemaal geschokt als we zien dat iemand een koelkast dumpt in een natuurgebied (en terecht!), maar die duizenden sigarettenpeuken die dagelijks op onze straten belanden - elk met zijn eigen cocktail aan giftige stoffen die 2 tot 15 jaar kunnen blijven liggen - daar halen we onze schouders over op.

Microplastics: de onzichtbare medeplichtige aan stedelijke verloedering

Wie door Gent of Brussel wandelt, ziet niet alleen zichtbaar zwerfvuil zoals blikjes en sigarettenpeuken, maar ook een onzichtbare vijand: microplastics. Deze minuscule plasticdeeltjes, kleiner dan 5 mm, vormen een paradoxaal probleem. Ze zijn zowel het gevolg van stedelijke vuiligheid als een oorzaak van verdere verloedering. Terwijl IVAGO zich richt op het opruimen van zichtbaar afval, sijpelt deze plasticsoep stilletjes door onze straten, pleinen en waterlopen.

Het Is Maar Een Peukje": Normalisatie van Kleine Overtredingen

De menselijke perceptie van microplastics is problematisch. Omdat ze onzichtbaar zijn, voelen burgers zich minder verantwoordelijk:

  • Morele licentietheorie: mensen die thuis fanatiek recycleren, compenseren dit soms door onderweg een snoepwikkel te laten vallen. "Ik doe al zoveel voor het milieu, dit ene sigarettepeukje maakt niet uit".

  • Afstand tot het probleem: Microplastics lijken abstract. Terwijl een blikje op straat direct verwijtbaar is, voelt men zich niet aangesproken op slijtage van hun autobanden. Ironisch genoeg dragen zelfs milieubewuste fietsers bij via slijtage van hun polyester jassen en fietsbanden.

Microplastics zijn de stille getuigen van een maatschappij die vervuiling heeft genormaliseerd. Ze vormen niet alleen een ecologische tijdbom, maar ondermijnen ook de sociale cohesie: als we onzichtbaar vuil tolereren, verzwakt onze collectieve verantwoordelijkheid. De oplossing ligt in een combinatie van technologische innovatie en gedragsverandering – waarbij elke Gentenaar beseft dat zelfs hun bandenspanning een politieke daad is. Want zoals een Vietnamees spreekwoord zegt: "Een tsunami begint met een druppel." In dit geval is die druppel een microscopisch plasticdeeltje.

Mogelijke oplossingen voor beleidsmakers: meer dan alleen meer vuilnisbakken

1. Maak van netheid een stedelijke identiteit

Gent heeft al een sterke identiteit als historische, culturele en culinaire stad. Waarom niet 'properheid' toevoegen aan die identiteit? Steden als Zürich en Singapore hebben dit succesvol gedaan. Door netheid deel te maken van de stedelijke trots, creëer je een positieve sociale norm.

2. Sociale norminterventies op basis van gedragswetenschap

In plaats van alleen te dreigen met boetes, kunnen beleidsmakers gebruik maken van inzichten uit de gedragswetenschap. Experimenten tonen aan dat boodschappen die de juiste sociale norm benadrukken effect hebben. Niet "Zwerfvuil is verboden", maar "90% van de Gentenaars gooit hun afval in de vuilnisbak".

3. De gemeenschap betrekken

IVAGO heeft meer dan 400 medewerkers, maar Gent heeft 281.000 inwoners. Stel je voor wat er zou gebeuren als zelfs maar 1% van die inwoners regelmatig zou helpen met het opruimen van hun buurt. Initiatieven zoals de "buurtverantwoordelijken" van Mooimakers.be kunnen dit stimuleren.

4. Slimme infrastructuur

De plaatsing van vuilnisbakken op basis van data en gedragspatronen maakt verschil. Rotterdam experimenteerde met "pratende vuilnisbakken" die mensen bedankten als ze afval weggooiden. In Vlaanderen zijn er ook experimenten met het design van afvalbakken. De vorm, kleur en locatie van vuilnisbakken kan gedrag significant beïnvloeden.

5. Educatie met een twist

Traditionele voorlichting werkt beperkt. Maar wat als scholen leerlingen zouden laten experimenteren met het effect van verschillende interventies op zwerfvuil in hun buurt? Dit maakt het probleem concreet en geeft jongeren agency. Laat leerlingen bijvoorbeeld onderzoeken hoe lang verschillende soorten afval blijven liggen: een krant enkele weken, een bananenschil 1 tot 3 jaar, een blikje 50 jaar, en een plastic fles of mondmasker... oneindig.

6. Consistent beleid rond handhaving

De stad Gent heeft een pakkans van gemiddeld 4% voor sluikstorters, maar dit varieert sterk per wijk - van 0% in Drongen tot 12% in Nieuw Gent. Een meer consistent beleid zou kunnen helpen, samen met alternatieve straffen zoals de "afval-les" die Gent nu al aanbiedt aan overtreders.

7. Nudging en omgevingspsychologie

"Nudging" is een subtiele manier om mensen in de juiste richting te duwen zonder hun keuzevrijheid in te perken. De stad Gent experimenteert hier al mee. Voorbeelden van nudging zijn voetstappen geschilderd op de grond die naar vuilnisbakken leiden, of vuilnisbakken die opvallen door felgroene kleuren.

Van collectieve schaamte naar collectieve actie

Als we beschaamd zijn wanneer we Gent binnenrijden na een bezoek aan Japan of Singapore, is dat een goed teken. Het betekent dat we het contrast zien en er iets aan willen doen. Maar schaamte alleen lost het probleem niet op.

De sociologische verklaringen die we hebben verkend - de Broken Windows Theory, de Tragedie van de Commons, anomie en het gebrek aan collectieve effectiviteit - tonen aan dat zwerfvuil geen eenvoudig probleem is. Het is verweven met bredere maatschappelijke tendensen zoals individualisering en een verzwakking van sociale verbanden.

Maar er is hoop. Als een sociologische analyse één ding duidelijk maakt, dan is het dat menselijk gedrag beïnvloedbaar is door sociale normen, infrastructuur en beleid. Wat sociaal geconstrueerd is, kan ook sociaal gereconstrueerd worden.

Zwerfvuil is niet zomaar een kwestie van individuele onverantwoordelijkheid, maar een symptoom van hoe we als samenleving met onze gedeelde ruimtes omgaan. Door zwerfvuil als een sociologisch fenomeen te beschouwen, kunnen we effectievere oplossingen bedenken dan het eindeloos bijplaatsen van nog meer vuilnisbakken of het verhogen van boetes.

En misschien, heel misschien, kunnen we dan ooit met dezelfde trots door onze Belgische steden wandelen als we nu door de straten van Tokio of Singapore slenteren. Tot die tijd moeten we vooral blijven geloven in collectieve actie, want zoals het gezegde zou kunnen luiden: vele handen maken schone straten.

Rudi D'Hauwers - 22 mei 2025

Disclaimer: dit document bevat deels AI-gegenereerde inhoud. Alle intellectuele input en redactionele controle berust bij de menselijke auteur.

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.