Lente- en zomerfestivals in open lucht in Vlaanderen: een sociologisch perspectief op een cultureel vreemd fenomeen

Gepubliceerd op 21 mei 2025 om 23:26

In 2024 werden er liefst 235.639 (!!!!) vrijetijds- en cultuurevenementen georganiseerd in het Vlaamse Gewest, het hoogste aantal in tien jaar tijd. Deze explosieve groei van festivals roept vragen op over het waarom ervan en de schijnbare onmogelijkheid voor mensen om zonder te leven. Vanuit sociologisch perspectief is dit fenomeen echter meer dan alleen "idiote kleine festivals" - het vertegenwoordigt diepgewortelde sociale mechanismen die essentieel maar tegelijk nefast zijn sommigen in onze moderne samenleving.

De festivalisation van de maatschappij

Het proces waarbij culturele activiteiten worden getransformeerd tot festivalervaringen wordt door sociologen "festivalisation" genoemd - een reflectie van de verschuiving in consumentenpatronen van bezit naar ervaring. Deze trend wortelt in maatschappelijke veranderingen zoals geïdentificeerd door Négrier (2014): flexibilisering van culturele consumptie, verminderde traditionele sociale sturing, en een verbreding van culturele smaken. Festivals passen perfect in deze nieuwe ervaringseconomie waarin mensen niet alleen entertainment zoeken, maar ook interactie, participatie en identificatie.

Collectieve effervescentie: het sociologische fundament

Het concept "collectieve effervescentie", geïntroduceerd door socioloog Émile Durkheim, verklaart de diepere aantrekkingskracht van festivals. Het beschrijft de intens gedeelde emotionele activering en het gevoel van eenheid dat ontstaat wanneer mensen samenkomen. Durkheim stelde dat wanneer individuen samenkomen, "een soort elektriciteit wordt gevormd die hen snel transporteert naar een buitengewone graad van opwinding". Deze sociale dynamiek ontwikkelt zich in drie stappen: eerst leidt co-aanwezigheid tot een verschuiving van individueel naar groepsbewustzijn, vervolgens worden bewegingen homogeen, en ten slotte ontstaat een wederzijdse versterking van gevoelens die leidt tot emotionele gemeenschap.

Deze collectieve ervaring vervult een essentiële sociale functie. In een steeds individualistischer wordende maatschappij creëren festivals een tijdelijke gemeenschap waar mensen kunnen ontsnappen aan de dagelijkse routine en zich kunnen verbinden met anderen. Het zijn ruimtes waar het "ik" tijdelijk plaatsmaakt voor het "wij", wat Buber's concept van "I-Thou" relaties weerspiegelt.

Motivaties van Vlaamse festivalgangers

Onderzoek specifiek gericht op Vlaamse festivalgangers toont aan dat hun motivaties divers zijn. Op basis van een enquête onder 513 respondenten konden vijf profielen worden geïdentificeerd:

  1. "Meerdere doelenzoekers" (28,6%): Jongeren die diverse aspecten van festivals waarderen

  2. "Pleziermakers" (27,1%): Zoeken vooral avontuur, attractie en sociale interactie

  3. "Ontstressers" (22,3%): Gebruiken festivals om te ontsnappen aan routines en stress

  4. "Socializers" (14,4%): Komen primair voor het samenzijn met vrienden

  5. "Culturele meerwaardezoekers" (7,6%): Oudere, hoogopgeleide bezoekers gericht op culturele ontdekking

Opvallend is dat culturele ontdekking het laagst scoort als motivatie, terwijl avontuur, attractie en sociale aspecten veel belangrijker blijken, vooral voor jongere bezoekers.

De sociale waarde van festivalbeleving

Festivals vervullen meerdere sociale functies die hun populariteit helpen verklaren:

  1. Identiteitsvorming: Ze functioneren als platforms waar culturele en sociale identiteiten kunnen worden ervaren en uitgedrukt.

  2. Gemeenschapsvorming: Festivals versterken de sociale cohesie door het creëren van gedeelde ervaringen en het verbinden van diverse bevolkingsgroepen.

  3. Sociaal kapitaal: Ze ontwikkelen gemeenschapsresources door het creëren van netwerken en het bevorderen van vertrouwen.

  4. Tijdelijke ontsnapping: Festivals bieden een "liminale ruimte" waarin normale maatschappelijke regels tijdelijk worden opgeschort, wat een gevoel van vrijheid creëert.

Grenzen aan vrijheid: samenleven vraagt balans

Toch zijn festivals niet zonder negatieve impact. Ze trekken soms vandalisme en antisociaal gedrag aan, veroorzaken geluidsoverlast, afval en verstoren de rust van omwonenden. Hier komt een belangrijk ethisch en sociologisch principe naar voren: de vrijheid van festivalgangers stopt waar de vrijheid en rust van andere individuen in het gedrang komt, zeker na 22 uur.

Deze stelling raakt aan het klassieke spanningsveld tussen individuele vrijheid en collectieve verantwoordelijkheid, een kernbegrip in de sociologie. Festivals creëren een tijdelijke "bubbel" van vrijheid en expressie, maar deze bubbel bestaat nooit in een vacuüm. Ze vindt plaats binnen een bredere samenleving waarin ook anderen recht hebben op rust, veiligheid en leefbaarheid. Het is precies deze balans tussen vrijheid en beperking die samenleven mogelijk maakt.

Vanuit het perspectief van de Amerikaanse filosoof John Stuart Mill (“On Liberty”) is vrijheid pas legitiem zolang ze de vrijheid van anderen niet schaadt. In de praktijk betekent dit dat het recht op feestvieren en collectieve beleving begrensd wordt door het recht op nachtrust en leefkwaliteit van omwonenden. Zeker na 22 uur, wanneer de meeste mensen rust zoeken, wordt die grens extra voelbaar. Sociologisch gezien zijn regels rond geluidsnormen en einduren dan ook geen willekeurige beperkingen, maar instrumenten om het samenleven in een diverse samenleving mogelijk te maken.

Psychologische gevolgen van de Paradox van de Vrijheid

De paradox van de vrijheid – waarbij de vrijheid van het individu onvermijdelijk botst met de vrijheid van anderen en met de noodzaak tot grenzen – kent ingrijpende psychologische gevolgen. Deze gevolgen zijn diep verweven met identiteitsvorming, welzijn en het ervaren van zingeving.

1. Desoriëntatie en identiteitsverwarring

Wanneer vrijheid als hoogste waarde wordt gepresenteerd en sociale structuren vervagen, ontstaat bij veel mensen een gevoel van desoriëntatie. Het individu wordt teruggeworpen op zichzelf, zonder duidelijke richting of collectieve waarden om zich aan te spiegelen. Dit kan leiden tot identiteitsverwarring, waarbij men zich genoodzaakt voelt zichzelf voortdurend te manifesteren en te vergelijken met anderen. In deze context ontstaat een ‘ratrace’ om te voldoen aan onduidelijke sociale maatstaven, wat gevoelens van onzekerheid, stress en zelfs minderwaardigheid kan versterken.

2. Groepsdruk en diffuse groepsdwang

Ironisch genoeg kan maximale vrijheid omslaan in nieuwe vormen van groepsdruk. Als iedereen vrij is om alles te kiezen, ontstaat er sociale competitie om te ‘scoren’ op de domeinen die door de groep belangrijk worden gevonden. Dit leidt tot een subtiele, maar intense groepsdwang, waarbij het individu zich niet werkelijk vrij voelt, maar juist onder druk staat om aan impliciete verwachtingen te voldoen. Wie niet meedoet, wordt al snel als ‘loser’ bestempeld.

3. Keuzestress en cognitieve dissonantie

De overvloed aan keuzemogelijkheden en de afwezigheid van duidelijke kaders kunnen leiden tot keuzestress. Mensen ervaren spanning en onzekerheid over hun keuzes, uit angst om de ‘verkeerde’ beslissing te nemen of achterop te raken. Dit kan resulteren in cognitieve dissonantie: het onaangename gevoel dat ontstaat wanneer gedrag en overtuigingen niet overeenkomen. Bijvoorbeeld: iemand wil genieten van vrijheid, maar voelt zich schuldig als die vrijheid ten koste gaat van anderen, zoals bij overlast na een festival.

4. Existentiële leegte en zinloosheid

Als vrijheid losstaat van gedeelde waarden en tradities, bestaat het risico dat alles gereduceerd wordt tot persoonlijke voorkeuren. Hierdoor verliezen diepere waarden als liefde, waarheid of zorgzaamheid hun richtinggevende kracht. Mensen kunnen dan een gevoel van zinloosheid of nihilisme ervaren, omdat ze geen houvast meer vinden in iets dat groter is dan henzelf.

5. Psychisch onbehagen en kwetsbaarheid

De voortdurende druk om autonoom, succesvol en uniek te zijn, gecombineerd met het ontbreken van duidelijke grenzen, kan psychische klachten in de hand werken. In een oriëntatiearme context worden grenzen tussen ‘ik’ en ‘niet-ik’ poreus, waardoor mensen kwetsbaarder worden voor klachten binnen het borderlinespectrum, zoals stemmingswisselingen, leegtegevoelens en moeite met het reguleren van emoties.

6. Ambivalentie ten opzichte van verantwoordelijkheid

Sommige mensen ervaren de paradox van vrijheid als een last: ze verlangen naar vrijheid, maar worstelen met de verantwoordelijkheid die erbij hoort. Dit kan leiden tot ambivalentie, waarbij men soms liever kiest voor minder vrijheid en meer sturing, om verlost te zijn van de druk om alles zelf te moeten bepalen. Dit kan gevoelens van machteloosheid of zelfs depressie versterken, maar biedt ook ruimte voor persoonlijke groei en zingeving als men deze verantwoordelijkheid leert dragen.

De paradox van de vrijheid confronteert het individu met een spanningsveld tussen autonomie en verbondenheid, tussen grenzeloze keuzevrijheid en de noodzaak tot begrenzing. Psychologisch uit zich dit in desoriëntatie, groepsdruk, keuzestress, existentiële leegte, psychisch onbehagen en ambivalentie over verantwoordelijkheid. Alleen door vrijheid te verbinden aan gedeelde waarden en duidelijke grenzen, kan het individu werkelijk floreren en zin ervaren in het samenleven met anderen

De donkere kant van festivals

Naast geluidsoverlast genereren festivals ook verspilling van middelen, vervuiling en zwerfafval, wat ongemak veroorzaakt voor omwonende gemeenschappen. Deze negatieve aspecten zijn niet willekeurig, maar sociologisch te verklaren als bijproducten van de tijdelijke ontsnapping aan sociale normen die festivals faciliteren. Juist daarom is het belangrijk dat de vrijheid van de een niet ten koste gaat van de ander.

Noodzakelijke sociale ventielkleppen, maar met respect voor anderen

De proliferatie van festivals in Vlaanderen is geen oppervlakkig of "idioot" fenomeen, maar een manifestatie van diepgewortelde sociologische behoeften. In een samenleving die steeds gefragmenteerder en gedigitaliseerder wordt, bieden festivals een van de weinige gelegenheden voor authentieke collectieve ervaringen. Ze fungeren als moderne rituelen die gemeenschapsgevoel herstellen en sociale cohesie bevorderen.

Maar deze collectieve vrijheid vraagt om verantwoordelijkheid: de vrijheid van festivalgangers stopt waar de vrijheid en rust van andere individuen in het gedrang komt, zeker na 22 uur. Alleen door deze balans te respecteren, kunnen festivals hun positieve rol blijven spelen zonder het sociale weefsel te schaden. Ze zijn een antwoord op wat sociologen beschrijven als de paradox van moderne samenlevingen: de gelijktijdige drang naar individualiteit én verbondenheid. Maar die verbondenheid vraagt altijd om respect voor de grenzen van de ander.

Zolang mensen behoefte hebben aan collectieve ervaringen, sociale verbinding en tijdelijke ontsnapping aan de dagelijkse routine, zullen festivals - met al hun geluid en drukte - een onmisbaar onderdeel blijven van het sociale weefsel van Vlaanderen. Maar hun toekomst hangt af van het vermogen om vrijheid en verantwoordelijkheid in evenwicht te houden. Momenteel slaat de slinger echt de verkeerde richting uit.

Rudi D'Hauwers - 21 mei 2025

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.