
In een tijd waarin 54% van de Belgen zich weleens te druk voelt en 30% regelmatig 's avonds doorwerkt, krijgt La Fontaines eeuwenoude fabel van de krekel en de mier een verrassend actuele betekenis. Maar wie is in 2025 eigenlijk de krekel, en wie de mier? En belangrijker nog: heeft de traditionele moraal van hard werken versus genieten nog wel betekenis in onze moderne samenleving?
De nieuwe mieren: altijd 'Aan'
De mier van vandaag werkt niet alleen overdag. Ze is 's avonds bereikbaar via WhatsApp, reageert in het weekend op mails en voelt zich schuldig als ze een pauze neemt. Onderzoek toont aan dat 57% van de werknemers in het weekend bereikbaar is, met als gevolg dat 39% het gevoel heeft thuis of op het werk tekort te schieten. Deze moderne mier heeft de oorspronkelijke wijsheid van seizoensgebonden werk volledig uit het oog verloren.
Waar La Fontaines mier in de zomer werkte om in de winter te kunnen rusten, kent onze 24/7-samenleving geen echte seizoenen meer. De digitale mier verzamelt geen voedsel voor de winter, maar scrollt door LinkedIn, volgt online cursussen en optimaliseert haar productiviteit - zelfs tijdens haar zogenaamde vrije tijd. Het resultaat? Een chronische staat van 'sluimerstress' die verhindert dat we ooit écht opladen.
De verkeerde krekels
Ondertussen wordt in het publieke debat vaak gewezen naar wie er allemaal 'krekel' zou spelen - werklozen, kunstenaars, jongeren die volgens oudere generaties 'lui' zijn. Maar deze analyse mist de kern. De echte krekels van 2025 zijn niet degenen die bewust kiezen voor ontspanning of creativiteit. Het zijn de structuren die onze samenleving domineren: de eindeloze vergadercultuur, de bureaucratie die gemeenten in 2026 in een 'ravijnjaar' stort, en een economisch systeem dat groei boven welzijn stelt.
Een interessante wending: jongeren, traditioneel gezien als de 'krekels', worden juist politiek actiever. Het aantal dat deelneemt aan protestmarsen is na 2020 gestegen van 6% naar 10%. Zij zingen niet zorgeloos, maar eisen een toekomst op waarin de balans tussen werk en leven, tussen economie en ecologie, fundamenteel wordt heroverwogen.
De paradox van overvloed
In 2025 leven we in een paradoxale situatie. België heeft minder armoede dan ooit - het percentage daalde van 7,1% in 2018 naar 3,1% nu. Tegelijkertijd voelen steeds meer mensen zich onzeker over hun bestaan. De structurele ongelijkheden zorgen ervoor dat mensen met een goede opleiding en toereikend inkomen positief zijn over hun leven, terwijl anderen met minder hulpbronnen minder kunnen participeren en vertrouwen verliezen in de samenleving.
Dit toont de beperkingen van de traditionele fabel aan. Het gaat niet meer om individuele keuzes tussen werken en luieren, maar om systemische problemen. De ene groep heeft toegang tot de 'winter voorraad' (een vast contract, betaalbare woning, goede zorg), terwijl de andere groep, ondanks hard werken, in onzekerheid leeft.
De arbeidsmarkt van 2025 dwingt ons tot een heroverweging. Door de krappe arbeidsmarkt moeten werkgevers steeds betere voorwaarden bieden: flexibiliteit, thuiswerkmogelijkheden, werk-privébalans. Werknemers eisen niet meer alleen een salaris, maar zingeving, autonomie en ruimte voor persoonlijke ontwikkeling.
Dit is geen luiheid - dit is evolutie. We beginnen te begrijpen dat de krekel misschien wel gelijk had. Zijn lied verrijkte de zomer, bracht schoonheid en vreugde. In een samenleving die kampt met eenzaamheid, polarisatie en wantrouwen, hebben we die krekels harder nodig dan ooit.
De blijvende waarheid van voorbereiding
De oorspronkelijke boodschap "Heb je 's zomers gezongen? Dan zul je 's winters dansen!" blijft fundamenteel waar. In een tijd waarin "snelle maatschappelijke veranderingen de overheden tot wendbaarheid dwingen", is voorzichtigheid crucialer dan ooit. De fabel leert ons dat we moeten anticiperen op verandering en ons voorbereiden op onzekere tijden.
Dit principe weerspiegelt zich in moderne concepten van maatschappelijke weerbaarheid, waarbij gemeenten streven naar een samenleving waarin "inwoners en bedrijven zich minimaal 72 uur kunnen redden zonder stroom en internet". Net zoals de mier voorraden aanlegde voor de winter, moeten we nu buffers creëren voor digitale uitval, klimaatverandering en geopolitieke onzekerheden.
Maar hier wordt het complex. Experts erkennen dat "veerkracht en kostenefficiëntie vijanden zijn". Om voorbereid te zijn "moeten we overschotten creëren, moeten we investeren in mens en materiaal". Dit botst met de moderne focus op efficiency en lean management - we moeten bewust 'inefficiënt' zijn om veerkrachtig te blijven.
Waar de fabel individuele verantwoordelijkheid benadrukte, vraagt onze moderne samenleving om een whole-of-society approach. De uitdagingen van 2025 - van cyberaanvallen tot klimaatverandering - zijn te groot voor individuele voorbereiding alleen. We hebben zowel persoonlijke als collectieve weerbaarheid nodig.
Veranderingsmanagement als moderne voorbereiding
In organisaties vertaalt de moraal zich naar veranderingsmanagement: "het proces van het plannen, implementeren en begeleiden van veranderingen". Succesvol veranderingsmanagement vereist dezelfde vooruitziende blik als de mier - anticiperen op verandering voordat de crisis toeslaat.
De moraal blijft relevant, maar met een belangrijke aanvulling: in onze complexe samenleving gaat het niet alleen om hard werken versus luieren. Het gaat om strategische voorbereiding op onbekende uitdagingen, waarbij we moeten investeren in flexibiliteit, diversiteit en redundantie - zelfs als dit op korte termijn duurder lijkt.
De wijsheid van de mier leert ons dat voorbereiding een bewuste keuze is die discipline vereist. Maar in 2025 betekent dit ook erkennen dat we alleen samen - als samenleving - weerbaar genoeg kunnen zijn voor de uitdagingen die komen gaan.
Rudi D'Hauwers - 23 juni 2025
Disclaimer: dit document bevat deels AI-gegenereerde inhoud. Alle intellectuele input en redactionele controle berust bij de auteur.
Reactie plaatsen
Reacties